Startseite
Hilfe Anna Geertruida Elisabeth "Anna Geertruida Elisabeth Balte" Balk, Tochter von Johannes "Johannes Balk" Balk und Everdina "Everdina Weergang, Everdina Weergang" Weergang.Geb. 1 Sep 1784 in of St. Omer, Frankrijk, gest. 9 Jan 1864 in Leeuwarden, Niederlande, Alter 79 Jahre Verheiratet 22 Apr 1824 in Mons, Belgien, Alter 39 Jahre (verheiratet 21 Jahre) mit:  Johannes (Jean) "Johannes Schimpf, Johannes Schimpf" Schimpf, Alter bei Heirat 44 Jahre, Sohn von Nicolaas "Nicolas Schimpf" Schimpf und Elisabeth "Elisabeth Binder" Bender.Geb. 1 Jan 1780 in of St. Omer, Frankrijk, gest. 12 Mai 1845 in Arnhem, Alter 65 Jahre Kinder: 1. Charles Pierre "Charles Pierre Schimpf, Charles Pierre Schimpf, " SchimpfGeb. 13 Feb 1812 in St. Omer, Frankrijk, gest. 31 Dez 1886 in Den Haag, Niederlande, Alter 74 Jahre Heerführer von Niederländisch Ost-Indien und Gouverneur von Niederländisch West-Indien (Surinam, Curacaou...) Dit artikel is geheel of gedeeltelijk gebaseerd op een artikel uit de Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië uit 1914-1917. Charles Pierre Schimpf (Sint-Omaars, 13 februari 1813 - 's-Gravenhage, 31 december 1886) was een Nederlands koloniaal bewindsman die van 1855 tot 1859 als gouverneur van Suriname diende. Schimpf begon zijn loopbaan in 1827 als soldaat bij de infanterie van het Nederlandse leger en werd in 1830 bevorderd tot 2e luitenant. Krijgsgevangene te Bergen in Henegouwen, ontvluchtte hij in 1831 en werd bij de 14de afdeling infanterie geplaatst. In 1836 naar Nederlands-Indië vertrokken, werd hij in 1837 bevorderd tot 1e luitenant, in 1840 tot kapitein, in 1845 toegevoegd aan de Balische expeditie, om daarbij dienst te verrichten als chef van de staf, in 1848 tot majoor, in 1850 tot sous-chef van den Generale Staf, in 1851 tot luitenant-kolonel, in 1853 tot Kolonel-chef van den Generale Staf. In 1854 met verlof in Nederland gekomen, werd hij in 1855 bevorderd tot generaal-majoor titulair en op 3 mei 1855 benoemd tot gouverneur van Suriname, waar hij in augustus het bestuur aanvaardde. Onder zijn bestuur werd, ten gerieve van de scheepvaart, aan de mond van de Surinamerivier een lichtschip gestationeerd, werd een nieuwe patentwet uitgevaardigd, werden verschillende verordeningen tot betere regeling van civiele en strafzaken bij het rechtswezen afgekondigd, werd het reglement op het brandwezen gewijzigd en de burgerlijke geneeskundige dienst opnieuw geregeld. De beperkende bepalingen betreffende het verkeer van de Bosnegers met de hoofdplaats werden door hem opgeheven. Hij trachtte ook de toestand van de "vrijlieden" te verbeteren door de bepaling dat van de huur van aan hen verhuurde gronden geheel of gedeeltelijk vrijstelling kon worden gegeven. Onder zijn bestuur kwam ook de eerste wettelijke regeling inzake immigratie tot stand. Een mislukking was het door hem opgerichte Mettray (landbouwkolonie voor kinderen van onvermogende vrijlieden in Suriname) evenals de gouvernements-steenfabriek en -kalkbranderij. Ook zijn kanaal naar Saramacca kwam niet tot stand. Op zijn verzoek werd hij in april 1859 eervol ontslagen en hij vertrok op 20 augustus uit Suriname. Na zijn terugkomst in Nederland was hij lid van de Staatscommissie die het wetsontwerp tot emancipatie van de slaven heeft voorbereid. Hij ging daarna weer in militaire dienst naar Oost-Indië, waar hij op 5 juni 1862 tot commandant van het leger werd benoemd, welke betrekking hij tot 1865 bekleedde. | |||